aansprakelijkheid wegbeheerder

VR 2018/31 Deelgeschil; aansprakelijkheid wegbeheerder; verzoek
afgewezen.

Jurisprudentie
In opdracht van de gemeente Wageningen heeft een extern bedrijf op 2 mei dranghekken langs de weg gezet, die op 4 en 5 mei zouden worden gebruikt in verband met de festiviteiten waarvan op die data op verschillende plaatsen in Wageningen sprake zou zijn. De dranghekken stonden onder meer in de buurt van een aantal studentensociëteiten, waar in de nacht van 3 op 4 mei feest werd gevierd. (Een) Onbekende persoon/personen heeft/hebben in deze nacht een dranghek op de weg geplaatst. Verzoekster is vervolgens op haar scooter tegen dit hek aangereden en heeft daarbij letsel opgelopen. Zij stelt de

VR 2018/05 Aansprakelijkheid wegbeheerder; onderhoud; opheffingonrechtmatige toestand.

Jurisprudentie
Geïntimeerden (eisers in eerste aanleg) zijn respectievelijk agrariërs en campinghouder in het buitengebied van de gemeente. De wegen waar hun bedrijven aan zijn gelegen, worden gebruikt zowel door zware landbouwvoertuigen als door recreatieve fietsers. Begin 2011 hebben geïntimeerden de gemeente reeds verzocht onderhoud te plegen, hetgeen de gemeente toen heeft geweigerd met onder meer een beroep op een rapport van Grontmij waarin werd gesteld dat de scheurvorming in deze wegen nog binnen de normen bleef. Nadien hebben dijkverzwaringswerkzaamheden plaatsgevonden, waarbij met zware voertuigen

VR 2017/146 Aansprakelijkheid wegbeheerder, paard, eigen schuld.

Jurisprudentie
Eiseres liep met haar paard aan de hand op een voetgangerspad in een natuurgebied. Toen zij een bruggetje overstak, zakte het paard door het bruggetje en liep daarbij letsel op. Eiseres stelt de beheerder van het natuurgebied aansprakelijk. De rechtbank wijst de vorderingen gedeeltelijk toe. De rechtbank verwerpt allereerst het beroep van de beheerder op de klachtplicht (eiseres zou de beheerder, door een en ander pas twee maanden na het ongeval aan de beheerder te melden, in zijn belangen hebben geschaad). Een melding na twee maanden is in beginsel tijdig en het is niet duidelijk waarom de

VR 2017/137 Deelgeschil; val over hek op trottoir; geen aansprakelijkheid
wegbeheerder.

Jurisprudentie
Toen verzoekster laat op de avond met familie lopend terugkeerde naar huis, is zij (ter hoogte van Leidsewallen 31 te Zoetermeer) in botsing gekomen met een hekje en ten val gekomen, waarbij zij een gecompliceerde enkelbreuk heeft opgelopen. Dit hekje is ca. 64 cm hoog en breed (ongeveer een derde van de breedte van het trottoir) en is bevestigd aan de gevel van de woning die aan het trottoir staat. Het hekje is donkerbruin geschilderd. Dichtbij staat een lantaarnpaal, die ten tijde van het ongeval in werking was. Verzoekster acht de gemeente als wegbeheerder aansprakelijk. Zij wijst er

VR 2017/118 Aansprakelijkheid wegbeheerder; paaltje op fietspad.

Jurisprudentie
Eiser fietste in verband met tegemoetkomende fietssters zoveel mogelijk rechts op het fietspad. Hij heeft daarbij een paaltje aan de zijkant van het fietspad over het hoofd gezien en is tegen een uitsteeksel van dat paaltje gereden. Dat uitsteeksel was bestemd om een slot in te plaatsen, zodat het paaltje niet kon worden verwijderd. Na het ongeval is het uitsteeksel verwijderd. De rechtbank stelt voorop dat aan de hand van de 'kelderluikcriteria' moet worden beoordeeld of een weg voldoet aan de eisen die daaraan onder de gegeven omstandigheden mogen worden gesteld. Het enkele plaatsen van een

VR 2017/117 Paaltje op fietspad, (geen) aansprakelijkheid wegbeheerder.

Jurisprudentie
Eiser fietste op een racefiets op een fietspad met twee rijrichtingen. Precies vóór een kruising met een weg (waar de fietsers voorrang moeten verlenen aan het verkeer op die weg) stonden drie paaltjes: twee aan beide zijden van het fietspad en één in het midden van het fietspad. Dit laatste paaltje was rood met wit en werd 'ingeleid' door een witte, naar het paaltje toe uitwijkende ononderbroken streep van ongeveer 1,5 meter lang. Eiser is tegen dit paaltje aangereden en ten val gekomen, waarbij hij letsel heeft opgelopen. Hij stelt de gemeente, als wegbeheerder, aansprakelijk voor zijn

VR 2017/098 Verkeersongeval, weginrichting, motorrijder, geen gevaarlijke
situatie.

Jurisprudentie
T is als motorrijder ten val gekomen toen hij over een trens reed, een met klinkers bestrate geul over de hele breedte van de weg. Een trens wordt gegraven ten behoeve van de aanleg van nutsvoorzieningen. De geul wordt daarna met klinkers bestraat en klinkt dan in. Als hij ver genoeg is ingeklonken, wordt de geul weer geasfalteerd. De gemeente had een wegbeheerder aangesteld die alle trenzen in de omgeving controleerde en (naar eigen zeggen) gevaarlijke situaties direct oploste. De wegbeheerder verklaart dat hij kort voor én na het ongeval de trens heeft geïnspecteerd en dat deze niet

VR 2017/72 Val over stroomkabels, aansprakelijkheid wegbeheerder.

Jurisprudentie
Eiseres liep in 2009 over de markt en is gestruikeld over stroomkabels op de stoep. De kabels waren eigendom van de marktkraamhouders en waren bevestigd aan een elektriciteitskast van de gemeente. Eiseres stelt de gemeente aansprakelijk op grond van zowel 6:162 als 6:174 BW. Het hof heeft aansprakelijkheid op beide gronden afgewezen. Ten aanzien van 6:174 heeft het hof overwogen dat de openbare weg een opstal is, maar dat dit niet geldt voor de stroomkabels of de elektriciteitskast. Deze zijn daar immers niet aanwezig ten behoeve van de weg of het verkeersgebruik. Daarom kan in het midden

VR 2017/30 Aansprakelijkheid wegbeheerder, ongelukkige samenloop vanomstandigheden.

Jurisprudentie
Eiseres is tijdens een fietstocht tussen Utrecht en Bunnik in botsing gekomen met een paaltje op een middengeleider van het fietspad. Zij heeft daarbij blijvend letsel opgelopen. Hiervoor stelt zij de gemeente aansprakelijk. Zij voert aan dat de gebruikte constructie in strijd is met de geldende inzichten van verkeersveiligheid. Blijkens adviezen van het Fietsberaad moeten obstakels die niet noodzakelijk zijn, worden vermeden. Obstakels die wel noodzakelijk zijn, moeten in ieder geval worden voorafgegaan door ribbelmarkering en bij voorkeur niet (zoals hier) in een bocht worden geplaatst

VR 2017/25 Bult in de weg niet gevaarzettend, geen aansprakelijkheid
gemeente.

Jurisprudentie
Ongeval met bromfiets door bult in wegdek. Appellant stelt gemeente aansprakelijk als wegbeheerder (art. 6:174 BW) dan wel op grond van onrechtmatige daad (art. 6:162 BW). In geding is de vraag of de bult gevaar oplevert. In het algemeen dient een weggebruiker met enige oneffenheid in een weg rekening te houden en de bult waar het hier om gaat is niet van zodanig ongebruikelijke omvang dat een weggebruiker daar in het geheel niet op bedacht hoeft te zijn. Van aansprakelijkheid als wegbeheerder kan dus geen sprake zijn. Ook toetsing aan de Kelderluikcriteria kan appellante niet baten. Het hof