begroting schade

VR 2022/135 Ernstig letsel door aanrijding met trekker. Begroting schadevergoeding; verlies aan verdienvermogen; rekenrente; materiële schade; smartengeld.

Jurisprudentie

Op 18 mei 2012 is de 24-jarige X een ongeval overkomen. Een tegemoetkomende trekker week uit naar haar weghelft, met een frontale botsing tot gevolg. Haar auto werd 'geplet', waardoor het ongeveer twee uur duurde voordat hulpdiensten haar hieruit konden bevrijden. Zij is met een traumahelikopter naar het ziekenhuis gebracht, waar zij twee weken in coma is gehouden. Daarna heeft zij negen operaties ondergaan aan haar hoofd, schedel, armen en bovenbenen. X heeft aan het ongeval permanente en blijvende functiebeperkingen overgehouden. De trekker was verzekerd bij ASR, die aansprakelijkheid erkent

VR 2022/114 Vliegtuigpassagier krijgt bagagestuk op hoofd; schadestaatprocedure; deskundigenrapporten.

Jurisprudentie

In 2006 vliegt A vanaf Schiphol naar Tel Aviv met luchtvaartmaatschappij B. Nadat zij heeft plaatsgenomen in het vliegtuig, probeert een medepassagier een bagagestuk boven het hoofd van A in de zogenoemde overhead bins te plaatsen. Dat bagagestuk valt op het hoofd van A. Na het ongeval ervaart A diverse klachten, waaronder vergeetachtigheid, concentratieproblemen, snelle vermoeidheid en duizeligheid. In het arrest van 3 december 2013 verklaart het Hof Amsterdam dat B op grond van de vervoersovereenkomst tussen partijen aansprakelijk is voor alle door A geleden en nog te lijden schade als

VR 2022/105 Letselschade door aanrijding fietser en tram. Vaststellen omvang verlies van verdienvermogen; carrièreverloop; rekenrente; post onvoorzien.

Jurisprudentie

Op 9 mei 2012 is de 49-jarige X als fietser betrokken geraakt bij een aanrijding met een tram. X heeft hierdoor ernstig letsel opgelopen, heeft twee weken in een coma gelegen en heeft langdurig moeten revalideren. Hij houdt blijvende klachten en beperkingen over aan het ongeval. De tram is verzekerd bij Allianz, die aansprakelijkheid erkent. X is op universitair niveau opgeleid en heeft diverse marketingfuncties in binnen- en buitenland bekleed. Ten tijde van het ongeval was zijn jaarsalaris € 118.000 en stond hij net op het punt om een carrièrestap te maken. X en Allianz zijn in geschil over

VR 2022/89 Auto-ongeluk; geen doorbreking causaal verband.

Jurisprudentie

In 2011 veroorzaakt een verzekerde van B een auto-ongeluk, waarbij mevrouw A betrokken raakt. B erkent aansprakelijkheid voor de schade als gevolg van het ongeluk. Na het ongeluk heeft A pijnklachten en ervaart zij beperkingen bij nek-, schouder- en rugbelastende activiteiten. A vordert van B vergoeding van diverse schadeposten. B verweert zich met de stelling dat het causale verband tussen de klachten en het ongeluk op 13 januari 2013 is doorbroken, omdat A op die dag is gevallen, waardoor A's klachten zijn verergerd. De rechtbank overweegt als volgt. Dat door een val een verergering van

VR 2022/42 Letselschade na ongeval. Vergoeding toekomstige schade onder voorbehoud?

Jurisprudentie
Op 21 december 2011 wordt X aangereden door een verzekerde van (de rechtsvoorgangster van) Ansvar, waarbij X letsel aan zijn rechterbeen heeft opgelopen. De verzekeraar heeft aansprakelijkheid erkend. X en Ansvar zijn het eens dat X uiteindelijk een knieprothese moet krijgen, maar vanwege de mogelijke gezondheidsrisico's van de operatie stelt X deze zo lang mogelijk uit. X vordert een verklaring voor recht dat zijn schade, voor zover reeds geleden en voor zover deze nog in de toekomst ligt na afweging van goede en kwade kansen, bij voorbaat begroot wordt en dat Ansvar deze schade vergoedt door

VR 2022/41 Schadeafwikkeling: som ineens of periodiek? Doorslaggevend is gewekte verwachting. Toepasselijke rekenrente volgens Aanbevelingen rechtspraak, niet 'spiegelmethode'.

Jurisprudentie
Op 8 augustus 2010 raakt X als bijrijder ernstig gewond door een verkeersongeval. Hij houdt hieraan een mate van blijvende functionele invaliditeit van 81% over, is blijvend aangewezen op begeleiding, verblijft in een zorgcentrum en is niet in staat om loonvormende arbeid te verrichten. Univé heeft als WAM-verzekeraar aansprakelijkheid erkend. A en B, de ouders en bewindvoerders van hun zoon X, regelen de schadeafwikkeling met Univé. Partijen kunnen geen overeenstemming bereiken over de schadepost verlies aan verdienvermogen. Ze zijn verdeeld over de te hanteren rekenrente en de vraag of de

VR 2022/31 Uitkering schadebedrag als som ineens of periodiek; belangenafweging. Rekenrente volgens in rechtspraak gehanteerde aanbevelingen, niet volgens 'spiegelingsbeginsel'.

Jurisprudentie
In 2009 loopt de destijds 17-jarige X ernstig letsel op als gevolg van een verkeersongeval. Univé Schade heeft aansprakelijkheid voor de gevolgen van het ongeval erkend. X en Univé Schade hebben samen een onafhankelijke arbeidsdeskundige ingeschakeld, uit wier rapport volgt dat X volledig arbeidsongeschikt is. Partijen treffen een regeling omtrent smartengeld en Univé Schade betaalt dit uit. Voor de berekening van voornamelijk de schadeposten toekomstige schade en verlies aan verdienvermogen geven partijen samen een opdracht aan rekencentrum NRL. NRL berekent vier scenario's op basis van vier

VR 2022/13 Letselschade zelfstandige; verlies aan verdienvermogen; smartengeld.

Jurisprudentie
In 2012 rijdt een vrachtauto automobilist A aan. De WAM-verzekeraar van de vrachtauto (B) erkent aansprakelijkheid voor het ongeval. Ten tijde van het ongeval werkt A als zelfstandige. Hij houdt zich bezig met het verkopen en plaatsen van raamshutters. Ook is A eigenaar van vier bedrijfspanden die hij verhuurt. In 2016 en 2017 verkoopt A de panden aan derden. In juli 2018 verkoopt A zijn woning en verhuist hij met zijn gezin naar Spanje. In juni 2020 verhuizen zij terug naar Nederland. Om inzicht te krijgen in de klachten van A als gevolg van het ongeval, schakelen A en B orthopedisch chirurg

VR 2021/117 De Aanbevelingen rekenrente in personenschadezaken

Artikel
VR 2021/117 De Aanbevelingen rekenrente in personenschadezaken Mr. G.J.M. Verburg * * Advocaat te Amsterdam. 1. Inleiding De te hanteren rekenrente bij het berekenen van nog niet ingetreden schade, oftewel toekomstige schade in personenschadezaken, houdt de letselschadepraktijk al enige jaren, in toenemende mate bezig. 1) De 3% rekenrente, die vanaf de jaren 80 grofweg een kleine 30 jaar stand heeft gehouden 2) , lijkt te hebben afgedaan. In debat is, zowel in als buiten rechte, wat daarvoor in de plaats moet komen. Verscheidene oplossingen zijn gesanctioneerd in de rechtspraak en er lijkt

VR 2021/116 Heeft het leerstuk van uitgaven die hun doel hebben gemist wel toegevoegde waarde?

Artikel
VR 2021/116 Heeft het leerstuk van uitgaven die hun doel hebben gemist wel toegevoegde waarde? Prof. mr. A.J. Verheij * * Hoogleraar privaatrecht, in het bijzonder het verbintenissenrecht aan de Rijksuniversiteit Groningen. Hoofdredacteur Verkeersrecht. Dit artikel is ontleend aan het preadvies voor de VASR dat ik dit jaar met Jessy Emaus schreef. Helaas kon het proefschrift van Thijs Beumers over Gemist onstoffelijk voordeel niet meer worden verwerkt. 1. Inleiding Het klassieke voorbeeld van uitgaven die hun doel hebben gemist betreft degene die een ticket voor een concert heeft gekocht, maar