aansprakelijkheid voor opstallen

VR 2019/111 Deelgeschil; letsel na duik in ondiep water; onvoldoende
gewaarschuwd.

Jurisprudentie
Het Meerschap is de beheerder van een merengebied ten zuiden van de stad Groningen. Een onderdeel van dit gebied is de Hoornseplas - een op zomerse dagen drukbezocht recreatiegebied - en het Hoornsemeer. De Hoornseplas en het Hoornsemeeer zijn van elkaar gescheiden door een kunstmatige dam (de Nijdam), met daarop onder meer een voetpad. Op de toegangswegen naar het merengebied heeft het Meerschap borden laten plaatsen waarop staat dat het verboden is om in de Hoornseplas te duiken en waarop de diepte van het water staat vermeld. Bovendien zijn in de Hoornseplas drijflijnen aangebracht, waarmee

VR 2019/107 Bezoekster sportschool valt over plateauverhoging;
sportschool aansprakelijk.

Jurisprudentie
Verzoekster heeft op 18 november 2015 sportschool Fit for free bezocht. Zij had geen lidmaatschap bij deze sportschool. Zij wilde haar zoon, die aan het sporten was bij Fit for free, gedag zeggen en heeft zich gemeld bij de receptie. Een medewerker van de sportschool heeft verzoekster toegang tot de fitnessruimte verschaft. De fitnessruimte is verdeeld over drie verhoogde plateaus waarop de fitnessapparaten staan met daartussen een looppad. De plateaus zijn 8,9 centimeter hoog en bedekt met zwarte vloerbedekking met oranje spikkels. Het looppad is bedekt met donkergrijze vloerbedekking

VR 2019/15 Dwarslaesie door val van fitnessapparaat.

Jurisprudentie
Op 27 augustus 2012 maakte eiser gebruik van het toestel "sit-up" op een stuk openbaar terrein, waarop toestellen zijn geplaatst om rek- en strekoefeningen te kunnen doen. Tijdens de uitvoering van de oefening op de sit-up is eiser van het toestel gevallen. Eiser heeft daarbij een complete dwarslaesie opgelopen. Achmea is de aansprakelijkheidsverzekeraar van de Gemeente. Eiser vordert een verklaring voor recht dat de Gemeente gehouden is de door eiser als gevolg van het ongeval geleden en nog te lijden schade te vergoeden op grond van art. 6:173 BW, art. 6:174 BW en subsidiair art. 6:162 BW

VR 2019/1 Aansprakelijkheid, de wegbeheerder en het verkeer

Artikel
VR 2019/1 Aansprakelijkheid, de wegbeheerder en het verkeer: een overzicht van bewijs(last)kwesties Ivo Giesen * 1) * Hoogleraar burgerlijk recht verbonden aan het Utrecht Centre for Accountability and Liability Law (Ucall) en aan het Molengraaff Instituut van de UU, en tevens Onderzoeksdirecteur van het departement RGL. A. Inleiding In deze bijdrage zal ik binnen het ruime thema ‘Aansprakelijkheid en het Verkeer’ – dat wil zeggen: de reguliere verkeersaansprakelijkheid, inclusief de aansprakelijkheid van wegbeheerders – aandacht schenken aan vragen van bewijsrecht, specifiek de

VR 2018/183 Deelgeschil; gebrekkige opstal.

Jurisprudentie
Verzoekster heeft tijdens een wandeling over een verhard pad op het terrein van Sint Maartenskliniek haar hoofd gestoten tegen een uithangend zonnescherm. Zij heeft daarbij letsel opgelopen. In deze procedure staat de vraag centraal of Sint Maartenskliniek aansprakelijk is voor de door verzoekster geleden schade. Niet in geschil is dat het pad en het zonnescherm opstallen zijn in de zin van art. 6:174 BW en dat Sint Maartenskliniek daarvan de bezitter is. Sint Maartenskliniek is risico-aansprakelijk indien deze opstallen gebrekkig zijn. Of dat het geval is, moet worden beoordeeld met

VR 2018/148 Deelgeschil. Val door verrot houten dak; aansprakelijkheid
boedel; eigen schuld.

Jurisprudentie
Verzoekster verrichtte werkzaamheden op het dak van een garage/schuur/overkapping van haar vader. Zij kwam daarbij ten val en viel door een door verrotting zwak geworden deel van het dak heen. Zij spreekt haar twee zussen aan in hun hoedanigheid van (mede-)erfgenamen van haar inmiddels overleden vader. Zij stelt dat haar vader aansprakelijk was op grond van art. 6:174 BW, omdat het dak gebrekkig was. De rechtbank oordeelt dat het dak gebrekkig was en dat de vader van de vrouw aansprakelijk is. Van een dak mag in beginsel worden verwacht dat het voldoende stevig is om het gewicht van een

VR 2018/65 Van een koude kermis thuis?

Artikel
VR 2018/65 Van een koude kermis thuis? Aansprakelijkheid voor letsel door gebrekkige attracties Mr. B. Endeman* * Advocaat te Haarlem 1. Inleiding Attracties vormen niet alleen een bron van vermaak, maar soms ook van leed doordat zij letsel veroorzaken. Ongevallen met attracties halen met enige regelmaat de pers 1) en vormen een bron van procedures over personenschades. In deze bijdrage wordt verkend op welke grondslagen personenschade kan worden verhaald, hoe de specifieke voor attracties geldende regelgeving daarvoor van betekenis is en hoe daarmee in de rechtspraak wordt omgegaan. Daarbij

VR 2018/27 Hoger beroep deelgeschil; ontvankelijkheid; valpartij op
gladde vloer; bewijslevering; gebrekkigheid vloer voorshands bewezen.

Jurisprudentie
Op vrijdag 13 juli 2012 zijn appellanten onafhankelijk van elkaar ten val gekomen op de eerste etage van een winkelcentrum, toen zij op het parkeerdek uit de lift stapten. De vloer vlak voor de lift was vochtig. Kort na het ongeval is er een anti-sliplaag op de vloer aangebracht. De technisch manager, die verantwoordelijk was voor het toezicht op en het onderhoud van het winkelcentrum, verklaarde (1) dat hij al eerder had geconstateerd dat de vloer bij nat weer glad werd en ook al een offerte had gevraagd voor het aanbrengen van een anti-sliplaag; en (2) dat het ongeval zeker het gevolg zou

VR 2017/167 Aansprakelijkheid opstal.

Jurisprudentie
Eiser en eiseres (beiden woonachtig in Canada) verbleven in een door gedaagde geëxploiteerd hotel op Aruba. Zij hebben ontbeten aan een tafeltje naast een laag muurtje, waarachter zich een lager gelegen looppad bevond. Toen eiser opstond heeft hij zijn evenwicht verloren en is hij over het muurtje op het pad gevallen, waarbij hij letsel heeft opgelopen. Eiser vordert in deze procedure (1) een verklaring voor recht dat gedaagde aansprakelijk is voor zijn schade en (2) een voorschot op de schadevergoeding. Ook eiseres vordert vergoeding van schade, onder meer op grond van het feit dat zij

VR 2017/166 Gebrekkige opstal, hoger beroep deelgeschil, omkeringsregel.

Jurisprudentie
Appellante woonde een sportwedstrijd bij in een sporthal. Haar plaats bevond zich op de 13e rij van de tribune. Van bovenaf bezien bestaat de trap vanaf rij 13 tot 8 uit steeds een trede van 42 cm diep, gevolgd door een stuk tribune van 43 cm diep. Ter hoogte van rij 7 ligt een trede van 22 cm diep, gevolgd door een stuk tribune van 23 cm diep (zie de foto's in de uitspraak). Bij het afdalen van de trap is appellante ter hoogte van rij 7 ten val gekomen, waarbij zij onder meer letsel aan haar linker elleboog heeft opgelopen. Enkele maanden na dit ongeval heeft de gemeente (die de sporthal