Verkeersrecht 2018-6

Editie
Datum uitgave: 

VR 2018/83 Rood verkeerslicht. Rechtsaf door rood.

Jurisprudentie
Het verkeerslicht op het fietspad waarop de betrokkene (fietser) reed stond op rood toen de betrokkene dit passeerde. De stelling van de betrokkene dat hij niet voor het rode verkeerslicht hoefde te stoppen, nu alle overige verkeerslichten in dezelfde richting groen licht gaven, is niet juist. Zoals hiervoor is vastgesteld, maakte de betrokkene gebruik van het fietspad. Dat brengt mee dat hij zich diende te houden aan het verkeerslicht dat voor het verkeer op dat fietspad gold. De stelling van de betrokkene dat het voor fietsers die rechts afslaan, zoals hij stelt te hebben gedaan, is

VR 2018/84 Administratieve sanctie. Aankondiging van beschikking.Vergissing in bedrag.

Jurisprudentie
De onjuistheid van het bedrag in de aankondiging van beschikking leidt niet tot het oordeel dat de inleidende beschikking vernietigd dient te worden. De aankondiging van beschikking dient enkel als kennisgeving. Door de uitreiking van een aankondiging van beschikking wordt een betrokkene alvast op de hoogte gesteld van de hem verweten gedraging en van het feit dat hij op korte termijn een inleidende beschikking krijgt toegezonden. Nu de inleidende beschikking geen onjuistheden bevat, is de ontstane verwarring niet van dien aard dat de betrokkene in enig rechtens te respecteren belang is

VR 2018/85 Dimverlichting. Verklaring verbalisant.

Jurisprudentie
Aan de betrokkene is bij inleidende beschikking een administratieve sanctie van € 85,- opgelegd ter zake van “als bestuurder van een voertuig rijden, terwijl de dimlichten niet aan de eisen voldoen”. Het bepaalde in artikel 5.2.51, eerste lid, aanhef en onder b., van de Regeling voertuigen (RV), in samenhang met het bepaalde in artikel 5.2.55, eerste lid, en 5.2.56, eerste lid RV houdt in - voor zover van belang - dat personenauto's moeten zijn voorzien van 2 goed werkende en goed afgestelde dimlichten. Ingeval een licht wordt gevormd door meerdere lichtbronnen, mag door de defecte

VR 2018/86 Snelheidsmeting. Termijn verweerschrift.

Jurisprudentie
Er was een snelheidsmeting verricht door middel van daartoe goedgekeurde meetapparatuur. De radar is ingebouwd in het voertuig waarbij de metingen worden verricht met afscherming tussen antennehuis en gemeten voertuig. De afscherming bestaande uit een kunststof kentekenplaat/kunststof achterruit is in de keuring betrokken geweest. Blijkens de NMi-verklaring voldeed de snelheidsmeter aan de Concept voorschriften meetmiddelen politie. Het hof ziet derhalve geen aanleiding om consequenties te verbinden aan de omstandigheid dat in strijd met de Regeling eisen goedkeuring kentekenplaten 2000

VR 2018/87 Whiplashklachten, causaal verband, begroting schade.

Jurisprudentie
Appellant is in zijn stilstaande auto met een snelheid van ca. 25 km/u achterop aangereden. Hij melde na dit ongeval drie categorieën van klachten: postwhiplash-klachten (nekklachten, hoofdpijn, duizelig, vermoeidheid, oorsuizingen), lage rugklachten en psychische klachten (depressiviteit). Hij is onder meer onderzocht door een neuroloog, die bij röntgenologisch en MRI-onderzoek geen afwijkingen kon vaststellen en concludeerde dat de klachten niet vanuit neurologisch perspectief kunnen worden verklaard. Geïntimeerde (de WAM-verzekeraar van de aansprakelijke automobilist) heeft totaal € 82.500