Zoeken

30 resultaten gevonden

  1. VR  2025/78 Ongeval na gevaarlijk en onder invloed te fietsen. Overtreding van art. 6 WVW 1994.

    Jurisprudentie

    Verdachte fietst onder invloed van alcohol, hard en dicht achter een ander de fietstunnel in. Vervolgens komt hij op de weghelft voor tegemoetkomend verkeer terecht, wat leidt tot een ongeval met een fietser die uit de tegenovergestelde richting komt. Het slachtoffer loopt hierbij zwaar lichamelijk letsel op. Zowel het slachtoffer als verdachte verklaren dat de situatie ter plekke gevaarlijk is. Door op deze manier te fietsen, zonder daarbij voldoende acht te slaan op de verkeerssituatie ter plaatse, maakt dat er volgens het hof sprake is van schuld in de zin van artikel 6 WVW 1994. In

  2. VR 2025/69 Het bestaan en de schadeloosstelling van immateriële schade (in België)

    Artikel
    Dit artikel biedt een samenvatting van de bevindingen uit het doctoraal proefschrift van Victor Schollaert over het bestaan en de schadeloosstelling van morele schade in het Belgisch buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht. Het werpt nieuw licht op het begrip en de behandeling van morele schade in het aansprakelijkheidsrecht. Het biedt vooreerst een duidelijk kader om morele schade(posten) te begrijpen en te beoordelen. Verder innoveert het onderzoek door de schadeloosstelling van morele schade op te splitsen in een plicht tot herstel én een plicht tot compensatie. Dit onderzoek draagt bij aan een en meer theoretische consistente benadering van morele schade.
  3. VR 2025/70 Contact met de ander helpt

    Artikel
    Na een verkeersongeval blijven slachtoffers en veroorzakers vaak met onbeantwoorde vragen en emotionele worstelingen achter. Perspectief Herstelbemiddeling (hierna: Perspectief) biedt beiden de mogelijkheid om vrijwillig met elkaar in gesprek te gaan. Contact met de ander kan een belangrijke stap zijn in het verwerkingsproces. Het kan slachtoffers helpen om helderheid te krijgen en erkenning te vinden. Veroorzakers geeft het de kans om excuses te maken, vragen te stellen en hun kant van het verhaal te vertellen. Ondanks de waarde van begeleid contact tussen ongevalsbetrokkenen, blijft de optie van herstelbemiddeling nog vaak onbenut. Dit artikel geeft enkele feiten en cijfers omtrent herstelbemiddeling weer, bespreekt hoe herstelbemiddeling werkt en laat aan de hand van het verhaal van Manon zien wat herstelbemiddeling kan betekenen voor slachtoffers en veroorzakers. Ook wordt besproken waarom het belangrijk is dat betrokkenen van een verkeersongeval weten dat herstelbemiddeling bestaat en dat zij hierin een keuze kunnen maken. Tot slot komt de rol van professionals aan de orde bij het bespreekbaar maken van herstelbemiddeling, welke drempels zij mogelijk ervaren en hoe deze kunnen worden weggenomen. Ter inleiding wordt echter eerst de juridische context geschetst waarbinnen herstelbemiddeling plaatsvindt.
  4. VR 2025/71 Intrekken van verklaring rijgeschiktheid naar aanleiding van melding examinator. Autismespectrumstoornis. Opvallend afwijkend rijgedrag.

    Jurisprudentie

    De verklaring rijbevoegdheid van de appellant is ingetrokken nadat de examinator melding had gemaakt bij het CBR dat de appellant hem had gemeld Asperger te hebben en de examinator het afwijkende rijgedrag van appellant hem opviel. De Afdeling oordeelt dat het CBR dat terecht heeft gedaan. De melding van de examinator over de autismespectrumstoornis van appellant bracht aan het licht dat een verplicht medisch onderzoek niet had plaatsgevonden. De vader van appellant had het CBR wel vragen gesteld over autisme, maar niet expliciet gemeld dat appellant een stoornis had. Bovendien gaf appellant

  5. VR 2025/72 Uitspraak na prejudiciële beslissing Hof van Justitie. Beperkt horizontaal gezichtsveld. Na 10 jaar beroepschauffeur te zijn geweest geen verklaring geschiktheid verleend.

    Jurisprudentie

    De Afdeling oordeelt over de weigering van het CBR om appellant een verklaring van geschiktheid te geven vanwege een beperkt gezichtsveld van minder dan 160 graden, zoals vereist door de Rijbewijsrichtlijn. Uit prejudiciële vragen aan het Hof van Justitie blijkt dat de richtlijn geen ruimte laat voor afwijkingen, ook niet als medische deskundigen iemand feitelijk geschikt achten. Het Hof benadrukt het belang van uniforme toepassing ter bevordering van verkeersveiligheid en de onderlinge erkenning van rijbewijzen. Hoewel appellant 10 jaar lang schadevrij heeft gereden, is er volgens het Hof

  6. VR 2025/73 Bezwaren tegen toewijzing oplaadpunten voor elektrische voertuigen. Belangenafweging.

    Jurisprudentie

    Het college van burgemeesters en wethouders van IJsselstein heeft twee parkeerplaatsen binnen de gemeente aangewezen voor elektrische auto's, onder meer om de oplaadvoorziening te optimaliseren, de weg bruikbaar te houden, verkeersoverlast te beperken, milieueffecten te verminderen en energieverbruik efficiënt te maken. De rechtbank heeft geoordeeld dat het college in zijn besluiten onterecht geen rekening had gehouden met bezwaren over de locatie van de parkeerplaatsen. Het college moet bij verkeersbesluiten alle relevante belangen afwegen en mag deze verantwoordelijkheid niet afschuiven op

  7. VR 2025/75 Te hard rijden binnen de bebouwde kom. Joyriding in voertuig van de vader.

    Jurisprudentie

    De betrokkene kreeg een sanctie van € 201,- opgelegd voor het rijden met een snelheid van 20 km per uur boven de toegestane limiet binnen de bebouwde kom. De betrokkene betoogde dat zijn zoon zonder toestemming zijn voertuig had gebruikt, ondanks expliciet verbod. De zoon nam de reservesleutels terwijl de betrokkene niet thuis was en reed weg met de auto. De betrokkene argumenteerde dat dit ongeoorloofd gebruik gelijkstaat aan joyriding. Daarnaast stelde de betrokkene dat hij redelijkerwijs alles had gedaan om het gebruik van de auto door zijn zoon te voorkomen, zoals het uitdrukkelijke verbod

  8. VR 2025/76 Doodslag in het verkeer. Voorwaardelijk opzet op de dood na schenden specifieke zorgplicht van artikel 7 WVW.

    Jurisprudentie

    Verdachte rijdt binnen de bebouwde kom met bijna het dubbele van de toegestane snelheid over een besneeuwd wegdek. Vlak voor een kruispunt buigt de weg af naar rechts. Verdachte mist deze bocht en rijdt rechtdoor. Op de kruisende weg komt verdachte met ongeveer 70 km/u in aanrijding met een andere auto, die daardoor in een sloot terechtkomt en met de linkerzijde in het water belandt. Na het ongeval loopt verdachte weg en bekommert zich niet om de andere bestuurder, belt de hulpdiensten niet en vertelt aan niemand dat hij een aanrijding heeft gehad met een ander voertuig. Omstanders en

  9. VR 2025/77 Rijden zonder rijbewijs. Formele rechtskracht van besluit van bestuursorgaan in het strafrecht. Zelfstandig onderzoek strafrechter naar rechtsgeldigheid besluit CBR.

    Jurisprudentie

    De verdachte is als bestuurder van een auto in Duitsland onderworpen aan een drugsonderzoek, waarbij sporen van THC, MDMA en MDA in zijn bloed zijn aangetroffen. De Duitse politie heeft deze informatie gedeeld met de Nederlandse autoriteiten. Het CBR heeft besloten te onderzoeken of de verdachte beschikt over de lichamelijke of geestelijke geschiktheid die is vereist voor het besturen van een motorrijtuig. De geldigheid van het rijbewijs van de verdachte is gelijktijdig geschorst. Tegen dit besluit is geen rechtsmiddel aangewend. Ondanks de schorsing zou de verdachte alsnog in zijn auto hebben

  10. VR 2025/79 Veroordeling doodslag: zonder rijbewijs, onder invloed en zonder bril/lenzen met hoge snelheid door rood rijden. 

    Jurisprudentie

    Verdachte rijdt zonder rijbewijs, onder invloed van THC en zonder bril of lenzen, terwijl hij een oogcorrectie heeft van ongeveer min 3. Onder deze omstandigheden rijdt verdachte overdag binnen de bebouwde kom met een snelheid tussen de 117 en 145 kilometer per uur door een rood verkeerslicht, wat leidt tot een aanrijding met twee fietsers. Eén fietser komt hierbij om het leven (feit 1) en de andere raakt zwaargewond (feit 2). De rechtbank heeft bewezenverklaard dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan doodslag (feit 1) en poging tot doodslag (feit 2). In hoger beroep bepleit de raadsman

  11. VR 2025/82 Overtreden artikel 5 WVW 1994 door opsporingsambtenaar in privétijd. Beroep op bevoegdheden als opsporingsambtenaar.

    Jurisprudentie

    Tussen de verdachte, een opsporingsambtenaar, en zijn voorligger (de betrokkene) heeft een verkeersruzie plaatsgevonden. De verdachte achtervolgde de betrokkene over een afstand van 4 kilometer waarbij hij onder andere constant hinderlijk achter hem reed, herhaaldelijk knipperde met groot licht en meermalen met veel te hoge snelheid reed. Uiteindelijk verliest de verdachte het zicht op de auto. De hele achtervolging is vastgelegd met de dashcam-camera van de betrokkene. Die opnames eindigen na een bijna-frontale botsing tussen de betrokkene en een tegemoetkomende auto De verdachte verklaart

  12. VR 2025/83 Verkeersongeval op A10. Verzekeraar aansprakelijk. Eigen schuld.

    Jurisprudentie

    Op 8 mei 2023 vond rond 17:00 uur een verkeersongeval plaats op de A10. A probeerde met de Volkswagen Polo van haar dochter B in te voegen vanaf de invoegstrook, maar werd aan de bestuurderszijde geraakt door een zwaarbeladen vrachtwagen van T. De politie kwam direct ter plaatse en nam bij de vrachtwagenbestuurder een drugstest af. De bestuurder testte positief op cocaïne. Uit een bloedtest bleek dat hij 210 microgram cocaïne per liter bloed had, terwijl slechts 50 microgram is toegestaan. Beide bestuurders vulden een schadeformulier in, waarop de vrachtwagenbestuurder aangaf dat hij A niet

  13. VR 2025/84 Meerdere eenzijdige ongevallen op N917. Aansprakelijkheid provincie Friesland.

    Jurisprudentie

    Op 23 juli 2017 vond een ernstig ongeval plaats op de Compagnonsweg (N917). Een auto met zes inzittenden slipte en belandde in het water. Een 9-jarig kind overleed en een 19-jarige vrouw raakte blijvend gehandicapt. De weg stond al bekend om eerdere ongevallen. Een meting in december 2016 toonde aan dat de bocht onvoldoende stroef was, en een intern memo van januari 2017 adviseerde waarschuwingsborden en veiligheidsmaatregelen. Bij het ongeval ontbrak vermoedelijk een 30 km/u-bord, terwijl de weg ook glad was. In september 2017 bracht de provincie als noodmaatregel een nieuwe laag asfalt aan

  14. VR 2025/85 Ongeval tussen fietser en geparkeerde bestelbus. Onrechtmatige daad.

    Jurisprudentie

    Op 18 april 2023 fietste X (verzoekster) met een vriendin in Daarlerveen. Een door AXA verzekerde DPD-bestelbus van A (verweerder) blokkeerde het fietspad. Om de bus te passeren, fietste X door het gras en kwam zij bij terugkeer op het fietspad ten val over een opstaande rand. Als gevolg van de val heeft X ernstig letsel opgelopen. AXA wees aansprakelijkheid af ondanks verdere correspondentie. X verzoekt de kantonrechter te verklaren dat AXA c.s. hoofdelijk aansprakelijk zijn voor haar schade door het ongeval. Daarnaast verzoekt ze vergoeding van de buitengerechtelijke kosten en proceskosten

  15. VR 2025/86 Aansprakelijkheid manege. Geen schending mededelingsplicht. Verzekeraar dient te dekken.

    Jurisprudentie

    Een minderjarige ruiter viel in 2008 van een pony tijdens een paardrijles bij manege X. In 2011 sloot X een verzekering af bij Achmea, die alleen aansprakelijkheid dekt als de claim tijdens de looptijd wordt ingediend en niet eerder bekend was. In 2016 stelden de ouders van de ruiter X aansprakelijk, waarna de manege dit meldde bij Achmea. Achmea weigerde dekking, omdat het ongeval vóór de verzekeringsperiode plaatsvond. In 2024 bepaalde het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden dat X volledig aansprakelijk is voor de schade, tot het maximale bedrag waarvoor hij verzekerd had kunnen zijn. X verzoekt

  16. VR 2025/87 Aanrijding fietser en voetganger. 50% eigen schuld voetganger aan ontstaan ongeval.

    Jurisprudentie

    Op 26 maart 2021 vond rond zes uur 's avonds een verkeersongeval plaats tussen A (appellant) en X (geïntimeerde). X stak te voet een fietspad over terwijl A op zijn fiets andere fietsers aan het inhalen was. Hierbij raakte A hem waardoor X ten val kwam en een week in het ziekenhuis lag. Het fietspad was destijds ongeveer anderhalve meter breed en bevond zich tussen een trottoirband en een overdekte winkelgalerij. De politie heeft ter plaatse A als verdachte verhoord, maar er volgde geen strafrechtelijke vervolging. A was niet verzekerd tegen wettelijke aansprakelijkheid. In de bodemprocedure

  17. VR 2025/88 Verkeersongeval door bestuurder van gehuurde auto. Verhaalsrecht artikel 15 WAM.

    Jurisprudentie

    Op 10 september 2019 vond er in de nacht in het centrum van Amsterdam een verkeersongeval plaats tussen de door X bestuurde personenauto en een fietser. De fietser heeft daarbij ernstig letsel opgelopen. X had de auto gehuurd via de app van deelautoverhuurder Car2go Nederland B.V. De auto was door Car2go bij Allianz verzekerd. Allianz heeft de afwikkeling van de (letsel)schade van de fietser ter hand genomen. Allianz wil dat X de door Allianz aan de fietser betaalde en nog te betalen schadevergoeding vergoedt aan Allianz. Volgens Allianz heeft X de schade met opzet veroorzaakt of is hij

Zoektips

  • Check of de spelling van de zoekterm klopt
  • Weet u het publicatienummer van een uitspraak of artikel, toets dan bijvoorbeeld in “2021/68”. Het publicatienummer dient dus tussen aanhalingstekens te staan. (N.B.: artikelen hebben vanaf 2011 een publicatienummer; uitspraken hebben allemaal een publicatienummer.) Om een artikel of uitspraak te vinden met een publicatienummer onder de 10 of vlak onder de 100, is het soms nodig om er een nul voor te typen. Bijvoorbeeld “2022/08” of “2021/090”.
  • Gebruik meerdere zoektermen voor een zo relevant mogelijk resultaat:
    • Zoekt u een artikel/uitspraak waarin zowel ‘auto’ als ‘stoplicht’ voorkomt, toets dan in: auto AND stoplicht
    • Zoekt u op één van de woorden, dan toetst u de woorden gewoon los in (auto stoplicht). Het zoekresultaat bevat dan alle artikelen/uitspraken/columns waarin auto en/of stoplicht voorkomt.

Nog niet gevonden wat u zoekt? Neem contact met ons op. Wij helpen u graag!