VR 2021/30 Rijvaardigheid. Schorsing rijbewijs. Vermoeden van ongeschiktheid.

Jurisprudentie

Het CBR heeft appellant, vrachtwagenchauffeur, een onderzoek naar de rijvaardigheid opgelegd en de geldigheid van het rijbewijs geschorst omdat hij als beginnende bestuurder tweemaal onherroepelijk is veroordeeld door de strafrechter voor twee grove snelheidsovertredingen. Naar aanleiding van de positieve bevindingen van het op 26 september 2018 verrichte rijvaardigheidsonderzoek is het rijbewijs van appellant weer geldig verklaard. De aan hem opgelegde maatregel kan niet worden aangemerkt als een "criminal charge" in de zin van artikel 6, eerste lid, van het EVRM.