Datum uitgave: 
              
          
VR 2020/113 Weigering bloedproef. Recht op ademonderzoek?
  Indien ten aanzien van een verdachte de verdenking is gerezen dat hij - kort gezegd - art. 8 WVW 1994 heeft overtreden, kan de procedure worden toegepast strekkende tot een onderzoek naar het alcoholgehalte in zijn adem, dan wel zijn bloed als bedoeld in art. 8, tweede lid, WVW 1994. Het in de eerste volzin van het vierde lid van art. 163 WVW 1994 gegeven voorschrift vormt een procedurele waarborg dat de opsporingsambtenaar zijn bevoegdheid tot het vragen van toestemming tot medewerking aan het bloedonderzoek niet buiten de in de wet voorziene gevallen uitoefent. De enkele omstandigheid dat
        
VR 2020/114 Dood door schuld? Gevaar. Schuldigverklaring zonder toepassing van straf.
  Bij de inhaalmanoeuvre met de door de verdachte bestuurde bus is de rechterbuitenspiegelsteun in aanraking gekomen met het linker handvat van de fiets van de fietsster die op dat moment op de fietsstrook fietste. De verdachte heeft dus een inschattingsfout gemaakt ten aanzien van de ruimte die op dat moment beschikbaar was om veilig langs de fietssters te rijden. Bij nader inzien bleek dat met name door de uitstekende rechterbuitenspiegelsteun, de ruimte om de twee naast elkaar rijdende fietssters in te halen, op die plaats en op dat moment te krap was. Hoewel de gevolgen van deze
        
VR 2020/115 Dood door schuld. Rijden onder invloed. Maximumsnelheid. Mate van schuld. Straf.
  De verdachte is in de nacht van 17 september 2017 na een avond stappen onder invloed van veel meer dan de toegestane hoeveelheid alcoholhoudende drank in de auto gestapt en heeft binnen de bebouwde kom de maximumsnelheid met in elk geval 50 kilometer per uur overschreden. De verdachte reed in een voor hem onbekende auto en was afgeleid, omdat hij zijn hoofd had gedraaid naar de bijrijdster en met haar aan het praten was. De verdachte is toen met een veel te hoge snelheid de bocht ingereden, in die bocht de macht over het stuur kwijtgeraakt en een woning gedeeltelijk ingereden. De bewoner van
        
VR 2020/116 Rijden onder invloed. Andere stof dan alcohol. Toepasselijke voorschriften. Recht op tegenonderzoek.
  Het hof overweegt dat de verdachte wordt verweten zich op 28 november 2016 schuldig te hebben gemaakt aan overtreding van artikel 8, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994 (hierna: WVW 1994). Het hof stelt vast dat het Besluit alcohol, drugs en geneesmiddelen in het verkeer (hierna: het Besluit), zoals aangehaald door de raadsman, in werking is getreden op 1 juli 2017. Blijkens artikel 22 van het Besluit wordt een onderzoek dat ter vaststelling van een overtreding op grond van artikel 8, eerste lid, WVW 1994 voor de inwerkingtreding van dit besluit is of wordt uitgevoerd, afgehandeld
        
VR 2020/117 Rijden onder invloed. Termijn van bloedafname. Vormverzuim.
  De termijn van 90 minuten als bedoeld in art. 12 lid 3 Besluit alcohol, drugs en geneesmiddelen in het verkeer strekt er niet toe de juistheid of betrouwbaarheid van het resultaat van het bloedonderzoek te waarborgen. Zij is blijkens de Nota van toelichting op het Besluit hoofdzakelijk ingegeven door doelmatigheidsoverwegingen, die verband houden met het (over het algemeen) snel afnemen van het gehalte aan THC in het bloed. De gestelde termijn van anderhalf uur maakt aldus geen onderdeel uit van het stelsel van strikte waarborgen waarmee het onderzoek is omgeven, zodat het resultaat daarvan