Verkeersrecht 2021-11

Editie
Datum uitgave: 

VR 2021/134 De reële mogelijkheid tot staandehouding: voor elk wat wils?

Artikel
VR 2021/134 De reële mogelijkheid tot staandehouding: voor elk wat wils? De rechtspraak van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden over het (on)terecht afzien van staandehouding in ‘mulderzaken’ Mr. I.N.D.J. (Indy) Rissema * * Wetenschappelijk docent rechtsgeleerdheid aan de Erasmus School of Law in Rotterdam en vanuit zijn onderneming Bezwaartegenverkeersboetes.nl werkzaam als professioneel gemachtigde in WAHV-zaken. 1. Inleiding Waar de praktijk rondom de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (hierna: Wahv) voor een belangrijk deel wordt beheerst door hard and fast rules

VR 2021/135 Administratieve sanctie. Bekeuring op kenteken. Staande houden. Matiging proceskosten.

Jurisprudentie
Zowel het voertuig van de betrokkene als dat van de ambtenaren stond stil op het moment dat de gedraging werd geconstateerd. Vervolgens zijn de nodige gegevens met betrekking tot de waargenomen gedraging en het betreffende voertuig genoteerd. De ambtenaren waren dus in de gelegenheid om aanstonds vast te stellen wie de bestuurder van het voertuig was ten tijde van het verrichten van de gedraging. In een dergelijk geval dient de sanctie te worden opgelegd aan de bestuurder van het voertuig en niet aan de kentekenhouder. Weliswaar blijkt uit het proces-verbaal van bevindingen dat er in overleg

VR 2021/136 Rijden door rood licht. Bewijs.

Jurisprudentie
In een situatie, waarin een ambtenaar groen licht waarneemt op het moment dat hij uit een conflicterende rijrichting een voertuig de kruising op ziet rijden, terwijl hij geen zicht heeft op het voor die bestuurder geldende licht, zal door de ambtenaar moeten worden vastgesteld dat het conflicterende licht rood moet zijn geweest alvorens een sanctie voor een roodlichtgedraging kan worden opgelegd.

VR 2021/137 Wet Mulder. Proceskosten. Samenhangende zaken.

Jurisprudentie
De kantonrechter is het eens met betrokkene dat de beslissing van de officier van justitie moet worden vernietigd, omdat daarin geen motivering wordt gegeven waarom in het kader van de vergoeding van proceskosten sprake is van samenhangende zaken. Daarnaast is de kantonrechter van oordeel dat de officier van justitie ten onrechte een vergoeding van proceskosten heeft toegekend op basis van een vergoeding voor samenhangende zaken. Volgens de officier van justitie is deze zaak als samenhangend met andere zaken aangemerkt, omdat de beslissing over de proceskosten in één besluit is genomen en

VR 2021/138 Mogelijkheid tot staandehouding.

Jurisprudentie
Aan de betrokkene is als kentekenhouder bij inleidende beschikking een sanctie opgelegd voor: “als bestuurder tijdens het rijden een mobiele telefoon vasthouden”.De gemachtigde voert aan dat sprake was van langzaam rijdend verkeer en dat het daarom voor de ambtenaar mogelijk was om met een aantal collega’s staandehoudingen te verrichten. Dat hiermee volgens de gemachtigde wellicht de feitelijke mogelijkheid bestond om de bestuurder staande te houden, betekent naar oordeel van het hof echter niet zonder meer dat dit ook een reële mogelijkheid betrof. Uit de verklaringen van de ambtenaar volgt